A JE TO (UITSPRAAK)
Voor elkaar, opgelost

Bekijk alles met A J’E TEAU

A·SO·CIAAL (BIJVOEGLIJK NAAMWOORD, BIJWOORD)
Zonder sociaal besef

AM·ME·HOU·LA (BIJVOEGLIJK NAAMWOORD, BIJWOORD)
Dit zeg je als je iets niet wilt

Bekijk alles met A ME HOU L’A

AAN·DACHTS·TREK·KER (DE; M,V; MEERVROUD: AANDACHTSTREKKERS)
Iemand die de aandacht van anderen op zich vestigt

Bekijk alles met AANDACHTSTREKKER

A·JUUS (TUSSENWERPSEL)
Populaire vorm van adieu

Bekijk alles met AJU

AU·GURK
Kleine komkommer, in azijn ingemaakt

Bekijk alles met AU GÖRK

AVO·CA·DO (DE; (M); MEERVOUD: AVOCADO’S
peervormige vrucht uit Centraal-Amerika

Bekijk alles met AVOCADEAU

BAL UIT DE JUS
Gehaktbal gebraden in een pan jus.

BEN·GEL (DE; M,V; MEERVOUD: BENGELS)
Deugniet, rakker

Bekijk alles met BÄNGL

BAK·KES (HET; O; MEERVOUD: BAKKESEN)
Gezicht, een onnozele bakkes.

BAK·KIE (HET; O; MEERVOUD: BAKKIES)
kop koffie: een bakkie doen samen koffiedrinken

Bekijk alles met BAQUI

BEAU·TY CASE (DE M; MEERVOUD: BEAUTYCASES)
Toilettas, koffertje met toiletbenodigdheden

Bekijk alles met BEAUTY KEES

BIJ·DE·HAND
Slim, brutaal.

BON·NE·FOOI (DE; V)
Op de bonnefooi ergens heen gaan, op goed geluk.

BRA·K (bijvoeglijk naamwoord)
zoutachtig, zilt: brak water

Bekijk alles met BRAQUE

BROEK·POE·PER
Iemand die in zijn broek poept. Iemand die bang is.

Bekijk alles met BROUQE POU PEUR

BRRR (UITDRUKKING)
Kou vatten.

KAAS·KOP (UITDRUKKING)
Bijnaam van de Nederlander

Bekijk alles met CAESCOUP

KAK·KER (de; m,v; meervoud: kakkers)
zelfverzekerde jongere met conventioneel verzorgt uiterlijk

Bekijk alles met CAQEUR

KO NING (de; m; meervoud: koningen; verkleinwoord: koninkje)
vorst die over een koninkrijk regeert:hij was de koning te rijk zeer gelukkig; Koning Winter verpersoonlijking van de winterkou

Bekijk alles met CEAUNING

KEU·KEN·PRIN·CES
keukenmeid, een vrouw die goed kan koken.

Bekijk alles met CEUQUE PRIN C’ES

ZE·VER·LAP
Speeksel lapje, lapje om speeksel op te vangen.

Bekijk alles met CÉ VEUR LAPPE

SCHA·VUIT (DE; M,V; MEERVOUD: SCHAVUITEN)
Schelm, boef, schurk

CHAR·MEUR (DE; M; MEERVOUD: CHARMEURS)
Charmes uitspelen tegenover iemand anders

Bekijk alles met CHARMØR

CHA·PEAU (UITDRUKKING)
Goed gedaan

Bekijk alles met CHAPEAU

CHIC (DE; M) (BIJVOEGELIJK NAAMWOORD; CHIQUE, CHIQUER, CHICST)
Elegantie, de mensen die chic zijn.

Bekijk alles met CHEAQUE

KLAS·BAK
Uitblinken

KLOOT·VIOOL (DE; M; MEERVOUD: KLOOTVIOLEN)
Eikel, vervelend persoon

Bekijk alles met CLAUDE FIEAUL

KLAP·LOPER (de; m,v; meervoud: klaplopers)
nietsnut, profiteur

Bekijk alles met CLAPLEAUPER

KLO·JO (DE; M,V, MEERVOUD: KLOJO’S)
Kluns, sufferd.

KLOOT·ZAK (de; m; meervoud: klootzakken)
(scheldwoord; informeel) rotvent

Bekijk alles met CLEAUTSAQUE

KLETS·KOUS (DE; M,V; MEERVOUD: KLETSKOUSEN)
Praatziek mens

Bekijk alles met CLETSCOUES

KLI·KO (DE;V(M); MEERVOUD: KLIKO’S)
grote plastic afvalbak op wielen.

Bekijk alles met CLICEAU

KOP·PIJN (DE; V(M)
Hoofdpijn, kater

Bekijk alles met COUP PAIN

KOE·KEN·BAK·KER (DE; M,V; MEERVOUD: KOEKENBAKKERS)
Knoeier, sukkel

Bekijk alles met COUQE BAQEUR

KRAB·BER (DE; M,V; MEERVOUD: KRABBERS)
Persoon die geen euro te veel uitgeeft

Bekijk alles met CRABBEUR

CRÉME FRAÎCHE
France voor verse room

Bekijk alles met CRÉME FRAÎCHE

DREU·MES (DE; M,V; MEERVOUD: DREUMESEN)
Klein kind, peuter

Bekijk alles met D’REU MES

DEUG·NIET (DE; M,V; MEERVOUD: DEUGNIETEN)
Ondeugend kind

Bekijk alles met DEUX NUIT

DON·DER OP (UITDRUKKING)
Ophoepelen, weggaan.

DROOG·KLOOT (DE; M,V; MEERVOUD: DROOGKLOTEN)
Saai iemand

Bekijk alles met DREAUG CLEAUT

DROEF·TOE·TER
Depressieveling, droevig persoon

Bekijk alles met DROUFFE TOUTEUR

DRUK·TE·MA·KER
(de; m,v; meervoud: druktemakers)
iemand die lawaai maakt, opschept.

Bekijk alles met DRUGTEMAKER

DUSHI
Dushi stamt uit het Papiaments en betekent zoet. In de Nederlandse straattaal wordt dushi gebruikt om een meisje aan te duiden.

OPE·NER (DE; M; MEERVOUD: OPENERS)
Werktuig om een blik, fles te openen

Bekijk alles met EAU PENAIR

OP·DON·DER (MEERVOUD: OPDONDERS)
Klein persoon

Bekijk alles met EAUP DON DEURE

ETUI (HET; O; MEERVOUD: ETUIS)
Koker, omhulsel: een etui voor schrijfgerei.

ET·TER·BAK(DE; M,V; MEERVOUD: ETTERBAKKEN)
Etter

Bekijk alles met ET T’EURE BAC

UK·KE·PUK(DE; M,V; MEERVOUD: UKKEPUKKEN)
klein persoon

Bekijk alles met EU QUE P’EUQUE

FRUT·JE
Beetje, kleinigheid

Bekijk alles met FRØTJE

GLA·DI·OOL (DE; V(M); MEERVOUD: GLADIOLEN)
Sierplant, stommeling, sufferd.

GE·STRAND (UITDRUKKING)
Reis niet meer voort kunnen zetten, rusten

Bekijk alles met GESTRAND

GROOTS
Het grootse concert dat ieder jaar wordt geven door Guus Meeuwis in het Philips stadion.

Bekijk alles met GREAUTS

HAL·VE·GA·RE (DE; M, V; meervoud: halvegaren)
Iemand die niet goed wijs is sufferd

Bekijk alles met HALVEGARE

HAT·SJIE (TUSSENWERPSEL)
Nabootsing van het geluid van niezen.

HOU JE KOP (UITDRUKKING)
Je mond dicht houden, aanmaning om geen geluid te maken.

Bekijk alles met HAUTE JE COUPE

HUP·SA·KEE (UITDRUKKING)
Aanmoedigingskreet, tussenwerpsel.

HUP·SA·KEE (UITDRUKKING)
Aanmoedigingskreet, tussenwerpsel.

I LOVE YOU VERY MUCH (UITDRUKKING)
Ik hou heel veel van je.

Bekijk alles met I LOVE YOU VERY MUTS

JANKERD (UITDRUKKING)
Huilenbalk.

Ik spreek geen Frans(uitspraak)
Ik spreek geen Frans.

Bekijk alles met JE NE PARLE PAS FRANSES

KLO·JO (DE; M,V; MEERVOUD: KLOJO’S)
Kluns, sufferd.

Bekijk alles met KLØ JÖ

KUT (TUSSENWERPSEL) (INFORMEEL)
Uitroep van boosheid, afkeer.

Bekijk alles met KØD

KWAL (MEERVOUD; KWALLEN)
Parapluvormig week zeedier, onuitstaanbaar iemand.

Bekijk alles met KWÄL

KWAT·SER (DE; M; MEERVOUD: KWATSERS)
Onzin verkondigen.

LEU·TER (DE; M; MEERVOUD: LEUTERS)
Geslachtsdeel man.

Bekijk alles met L’EUTER

LUI·WAM·MES (DE; M,V; MEERVOUD: LUIWAMMESEN)
Luilak.

Bekijk alles met L’UI WAMMES

LA·RIE·KOEK (DE; M)
Larie, onzin uitkramen.

Bekijk alles met LA RI COUQUE

LAM·LUL (uitspraak)
iemand zonder wilskracht.

Bekijk alles met LAMLÖL

LEK·KER (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord; vergrotende trap: lekkerder, overtreffende trap: lekkerst)
aangenaam van smaak.

Bekijk alles met LECOUER

LUL·HANNES (uitspraak)
Mafkees.

Bekijk alles met LÖL H’ANNES

LOREM·IPSUM (uitspraak)
is het een stukje tekst die je in een bepaald document zet om te kijken wat nu precies de vormgeving van de letters zal zijn.

Bekijk alles met LORUM IPSUM

LIG JIJ ER AL AF (ALAAF)
Uitroep van geestdrift of begroeting tijdens carnaval.

LE·LIJ·KERD (DE; M,V; MEERVOUD: LELIJKERDS)
Iemand die lelijk is, iemand die lelijk doet.

Bekijk alles met LILLE COEURT

MAF·KE·TEL (de; m,v; meervoud: mafkezen)
mal, dwaas persoon

Bekijk alles met MAFQUETEL

MAGNEETLETTERS
Letters die magnetisch zijn.

Bekijk alles met MAGNEETLETTEURS

MAG·NI·FIEK (BIJVOEGLIJK NAAMWOORD, BIJWOORD)
Prachtig.

Bekijk alles met MAGNEFIQUE

MAL·LOOT (DE; M,V; MEERVOUD: MALLOTEN)
Mal, dwaas mens.

Bekijk alles met MALLE EAU’T

MO·BIEL (DE; M; MEERVOUD: MOBIELS)
mobiele telefoon

Bekijk alles met MEAU B’ILLE

MAN·NE·TJE (HET; O; MEERVOUD: MANNETJES)
Kleine man.

Bekijk alles met MENNEQUE

MERCI (Uitspraak)
Dankjewel.

Bekijk alles met MERCI

MEIS·JE (HET; O; MEERVOUD: MEISJES)
Vrouwelijk geslacht, nog niet volwassen vrouw.

Bekijk alles met MESQUE

MOK·KEL (HET; O; MEERVOUD: MOKKELS)
Meisje, jonge vrouw

Bekijk alles met MØKKEL

MIJN LIEFSTE (FRANS)
Franse uitspraak tegen een lief persoon..

Bekijk alles met MON CHERRY

MUTS (MEERVOUD: MUTSEN)
Suffige vrouw.

Bekijk alles met MÖTS

OOH·LA·L (TUSSENWERPSEL)
Kreet dat wordt gebruikt om een gevoel te uiten.

Bekijk alles met OHLALA

OE·LE·WAP·PER (DE; M; MEERVOUD: OELEWAPPERS)
Sufferd, waardeloos, dom en onhandig persoon

Bekijk alles met OU LE WAPPEUR

PEU·TER (DE; M; MEERVOUD: PEUTERS)
Kind van 2-4 jaar.

Bekijk alles met P’EUTER

PLAS·SER (DE; M; MEERVOUD: PLASSERS)
Geslachtsdeel man.

Bekijk alles met P’LA SEUR

PAAR·DEN·LUL (DE; M,V; MEERVOUD: PAARDENLULLEN)
Beroerling, ellendeling, lulhannes.

Bekijk alles met PAIRE DE LOULE

PARDON MY FRENCH (UITDRUKKING)
Exuseer me

Bekijk alles met PARDON MY FRENCH

PEN (DE; V(M); MEERVOUD: PENNEN; VERKLEINWOORD: PENNETJE)
Schrijfgerei.

Bekijk alles met PAIN

PAN·NEN·KOEK (DE; M; MEERVOUD: PANNENKOEKEN)
In een koekenpan gebakken meelkoek.

Bekijk alles met PAS N’EST COUQUE

PLEUR (VOLKSTAAL)
koffie.

PLEUR OP (VOLKSTAAL)
Ophoepelen

PRO·CES·SIE·RUPS
(ZELFSTANDIG NAAMWOORD)
Rups die met soortgenoten in groten getale ’s avonds processiegewijs tegen eiken opkruipt om van de bladeren te eten, en waarvan de haartjes gezondheidsklachten kunnen veroorzaken zoals jeukende huiduitslag.

Bekijk alles met PREAU C’EST CI RUEPS

PRO·FI·CI·AT (TUSSENWERPSEL)
Gefeliciteerd.

PRUL·LE·KE (UITDRUKKING)
Kleinigheid, schattig object.

Bekijk alles met PREU LE QUE

PRIK·KIE (DE; M; MEERVOUD: PRIKKIES)
Bubbels.

KWA·JON·GEN (DE; M; MEERVOUD: KWAJONGENS)
Deugniet, snotneus

Bekijk alles met QUA JOUNGE

KE·DENG KE·DENG
Trein geluid, Songtekst uit “Guus Meeuwes – per spoor”.

Bekijk alles met QUEDENG QUEDENG

KIE·KE·BOE (TUSSENWERPSEL)
uitroep waarmee iemand plotseling bij verrassing tevoorschijn komt.

Bekijk alles met QUI QUE BOU

SLAB·BER (DE; V(M); MEERVOUD: SLABBEN; VERKLEINWOORD: S;ABEBRTJE)
Morsdoekje voor kinderen

Bekijk alles met S’LA BEURE

SO·WIE·SO (BIJWOORD)
Toch al, in elk geval: ik moest daar sowieso al zijn

Bekijk alles met SEAU OUI SEAU

SJA·LA·LA·LA·LA (UITDRUKKING)
Meezinger.

Bekijk alles met SJAALALALALA

SCHO·BE·JAK
(DE; M,V; MEERVOUD: SCHOBBEJAKKEN)
schoft.

Bekijk alles met SKØBEJAC

SLOD·DER·VOS (DE; M,V; MEERVOUD: SLODDERVOSSEN)
Iemand die slordig gekleed is of werkt.

SNIK·KEL (DE; M; MEERVOUD: SNIKKELS)
Geslachtsdeel man

Bekijk alles met SNIKKL

SNOEP·KONT (DE; M,V; MEERVOUD: SNOEPKONTEN)
Iemand die dol is op snoepen, zoetekauw.

Bekijk alles met SNOUPCONT

SO·DE·JU (TUSSENWERPSEL)
Bastaardvloek, sodemieter.

Bekijk alles met SO DES JUS

SUK·KEL (DE; M,V; MEERVOUD: SUKKELS)
Iemand die niet flink, te onhandig is.

Bekijk alles met SÖKKEL

ZEUR·KOUS (DE; M,V; MEERVOUD: ZEURKOUSEN)
Iemand die voortdurend zeurt

Bekijk alles met SØRKAUS

SPET·TER (meervoud: spetters)
knap meisje, knappe jongen.

Bekijk alles met S’PETTEUR

SPEEL·KAART (DE; V(M); MEERVOUD: SPEELKAARTEN)
Kaarten waarmee verschillende kaartspellen gespeeld worden.

Bekijk alles met STOQUI

ZWAN·GER (BIJVOEGLIJK NAAMWOORD)
Een ongeboren kind dragend: een zwangere vrouw; zwanger raken in verwachting raken.

Bekijk alles met SWANGÖR

TAS (DE; V(M); MEERVOUD: TASSEN)
Zak, buidel die je (meestal aan de hand) meeneemt om erin te bergen wat je bij je wilt hebben.

Bekijk alles met TASQUE

TIK TAK (UITDRUKKING)
Balletje overslaan.

TOU·CHÉ (UITDRUKKING)
Raak, gelijk hebben, punt scoren.

Bekijk alles met TOUCHÉ

TOE·DE·LOE (TUSSENWERPSEL)
Afscheidsgroet.

Bekijk alles met TOUT DES LOUS

TUT·TE·BEL (DE; V; MEERVOUD: TUTTEBELLEN)
Truttige vrouw, zeurderig meisje.

Bekijk alles met TU T’EBELLE

VAN HARTE (UITDRUKKING)
Gefeliciteerd.

POR·TE·MON·NEE (DE; M; MEERVOUD: PORTEMONNEES)
Voorwerp waarin je geld bij je draagt.

Bekijk alles met WALLET

WAN·KER (DE; M; MEERVOUD: WANKERS)
Rukker.

WORST DATE EVER (UITDRUKKING)
Slechtste date ooit.

WORST DAY EVER (UITDRUKKING)
Slechtste dag ooit.

Bekijk alles met WORST DAY EVER

BIK·KEL

(DE; M,V; MEERVOUD: BIKKELS)
Stoer iemand.

Bekijk alles met BIQUEL

BR·OER
(DE; M; MEERVOUD: BROERS)

mannelijk kind in verhouding tot andere kinderen van dezelfde ouders.

Bekijk alles met B’ROEUR

BOLL·IE (KINDERTAAL)
een wat dikker persoon.

Bekijk alles met BØLLY

KLEU·TER
(DE; M,V; MEERVOUD: KLEUTERS)
een kind van vierde tot zesde levensjaar.

Bekijk alles met CLEUTER

KOE·KIE MON·STER
Het blauwe monster uit het kinderprogramma Sesamstraat.

Bekijk alles met COUQUI MON STEUR

O·KIE DO·KIE
Uitdrukking van goedkeuring of bevestiging: Prima, tof, goed, ja.

Bekijk alles met EAU QUI D’EAU QUI

FA·VO·RIET·JE (VERKLEINING VAN; FAVORIET)
gunsteling, lieveling.

Bekijk alles met FAVORIETJE

FA·VO·RIET (DE; M,V; MEERVOUD: FAVORIETEN)
gunsteling, lieveling.

Bekijk alles met FA V’EAU RIT

FRU·MMEL
een baby, klein kind.

Bekijk alles met F’RU MELLE

JO·DE·LA·HI·TI (UITSPRAAK)
De titel van het apres-ski nummer van cock van der palm uit 1998
.

Bekijk alles met J’EAU DES LA OUI TI

JOK·KE·BROK (KINDERTAAL)
leugenaar.

Bekijk alles met JOQUE BROQUE

MIN·KU·KEL
een benaming voor als minderwaardig beschouwde individuen.

Bekijk alles met M’IN QUQUEL

STEEN, PA·PIER, SCHAAR (ENGELS)
Een wijdverbreid nulsomspel dat met de hand gespeeld wordt.

Bekijk alles met ROQUE PAPEUR CISEOURS